Welkom op onze wereldblog

Vanaf begin september gaan wij 9 maanden lang de wereld over trekken. Wij beginnen met een vlucht van Amsterdam naar Amman. Daar vandaan naar Hong kong, Vietnam, Thailand, Maleisië, Singapore, Australië, Nieuw Zeeland, Tahiti, Paaseiland, Chili, Argentinië, Uruguay, Peru, Bolivia, Houston, Miami, New York, Washington, London. Klik hier voor het reisschema!


Wij houden hier iedereen die dat leuk vind op de hoogte van onze belevingen. Wij zullen tussentijds ook foto's plaatsen. Reacties zijn altijd leuk !

dinsdag 24 maart 2009

Chili en zijn Paaseiland


De goed verzorgde vlucht vanaf Tahiti was zo voorbij vooral dankzij de onmogelijk veel opties aan tv series en films op je gepersonaliseerde schermpje. De tweede keer dat we de Transformers net niet af konden kijken :)
Het Paaseiland, Rapa Nui genoemd door de eigenlijke bewoners, had onmiddellijk een heel gemoedelijke uitstraling. Het vliegveld was niet meer dan een klein gebouwtje waar Schiphol nog niet eens zijn bagagebanden in kwijt kan. We werden opgevangen door een aantal mensen die geduldig hun verblijfplaatsen tentoonstellen. Na een kleine rondvraag konden voor niet al te veel geld met een aardige dame mee die ons transfereerde naar haar hospedaje. Vanuit het gezellige maar krakkemikkige aanbouwtje van haar huis konden wij het eiland goed verkennen. In het stadje ging het leven in een behaaglijk langzaam tempo aan ons voorbij. Met leuke winkeltjes en een klein strandje konden wij ons rustig oriënteren op alle mysterie die dit eiland rijk is.
Het hoort officieel bij Chili, maar het verschil met Tahiti is schrijnend. De orginele bewoners behoren tot hetzelfde verstrooide volk als dat van Tahiti, maar hier was iedereen ontzettend aardig en vrolijk. De invloed van een koloniserend land is evident.
Gewapend met een glimmende brommer trokken wij erop uit. Alle 5 sterren tours konden zich in ons stof verbijten. Relaxed en vrij begonnen wij aan een rondje Rapa Nui. Er zijn ongeveer 1000 beelden verdeeld over het hele eiland. Men weet nog steeds niet precies wie deze beelden heeft gemaakt en vooral waarom. Niet vermoeid met verschillende theorieën van gidsen lieten wij onze eigen fantasie de vrije loop om dit schitterende fenomeen te plaatsen. Enorme beelden sierden de kustlijn in het even al prachtige vulkanische landschap. Kijkend over de grote kliffen kan je helemaal rond uitkijken over minimaal 5000 kilometer aan onbewoond blauw.
Na deze mooie tussenstop was het tijd voor het echte Zuid Amerika. Omdat wij ons zonder vooroordeel willen onderdompelen in een nieuwe cultuur, lezen wij ons niet in. Voor de zekerheid, niet wetend wat te verwachten, boekte wij in Rapa Nui al een hotel in Santiago. Een luxe hotel, maar weer voor een goede prijs. Getransfereerd vanaf het vliegtuig vielen we van de ene verbazing in de andere. De ene buurt was nog schoner dan de andere. Niet het eerste beeld wat bij Zuid Amerika bij je opkomt. Ook de rest van Santiago was schoon en gezellig. Het was wel smoggy, maar goed onderhouden. Wij zijn dan ook snel naar een hotel in het centrum gaan zoeken. In een mooie oude buurt vonden wij een koloniaal gebouw met een mooi hotel al was het jammer genoeg wel erg gehorig. Santiago is een zeer prettige en vriendelijke stad, maar er was niet veel te beleven. Voor een paar euro konden we boven op de berg een leuke dierentuin bezoeken en uitkijken over de stad.
Getrokken door charme van Patagonië namen wij de bus naar het zuiden. De eerste stop was Villarica, een klein gezellig stadje aan een meer met een grote vulkaan op de achtergrond. In de buurt lag het meer toeristische Pucon. Na een dagtripje die kant op bleek dat wij ons prettiger voelden in het meer bescheiden Villarica. Op de laatste avond konden we zelfs nog een lokale show zien met dansen en zingen. Erg gezellig.
De volgende dag zaten we in de bus naar het officiële begin van Patagonië, Puerto Montt. Een rommelige havenstad, waar wij ergens achteraf een zeer simpel onderkomen vonden. Het was al flink wat kouder nu en hoe verder we naar het zuiden trokken hoe kouder het werd. Vooral de harde wind is fris. We wilden eigenlijk alles met de bus doen, maar het zijn flinke afstanden en we moesten via Argentinië omdat de Chileense kant geen wegen heeft tussen Puerto Montt en het zuiden van Patagonië. Een klein vluchtje naar Punta Arenas was de beste optie, want we wilden met de bus in Argentinië weer naar het noorden trekken, richting Buenos Aires.
In Punta Arenas bleek op zaterdag geen kamer meer vrij. Na lang zoeken konden we toch een nacht ergens terecht. De volgende dag een leuk hostel gevonden in een oud houten vrijstaand huis uit de tijd van de cowboys. Punta Arenas word wel de hoofdstad genoemd van Patagonia, maar vooral als uitvalbasis om walvissen en pinguinos te ontmoeten. Een walvistocht kost ongeveer 900 dollar en was dus iets te hoog gegrepen. Zo moesten wij ook Antarctica laten schieten, want voor niet minder dan 2500 dollar kon je een twee dagen verblijven op de onderkant van de wereld.
Gelukkig konden we in de Strait van Magdallena naar het gelijknamige Magdallena eiland waar wij 150.000 pinguïns onverstoord hun dagelijkse bezigheden zagen ondernemen. Een eiland zwart (en wit) van de pinguïns. De tocht per boot gaf ons een mooi beeld van Tierra del Fuego en het water leven. Zo zagen we een zeehond op jacht naar pinguïns die ook in grote getale op hun beurt weer zochten naar eten. Ook konden we vele vogels waaronder de grootste vogel op deze aardkloot, de albatros. Een viertal dolfijnen zwommen nog even mee in de golven van de boot. Het was een mooie tocht en omdat we vrij rond mochten lopen over het eiland voelde het gelukkig niet als een tour.
Na een klein busritje kwamen we aan in Puerto Natales. Een rit over de eindeloze zogeheten pampa. Overal lama’s en familie van de struisvogel rennen hier in het wild. Vanuit Puerto Natales konden wij naar het nationale park Torres del Paine. Bekend van zijn 3 torens van bergen. Zelfs recentelijk bezocht door Lex en Max. We wilden graag een rondje maken met wat trekking erin. Gelukkig vonden we een tour die je veel los liet in het machtige gebied. Onze gids was heel relaxed en we hadden wederom niet het gevoel dat we in een tour zaten. We konden een paar uur trekken langs mooie uitzichten van grote bergen en mooie meren. Ook wat betreft de wildlife kregen we de volle lading. Een hele zwerm condors (aasgieren) met een spanwijdte van bijna 3 meter, een indrukwekkend gezicht. Naast de vele lama’s en struisvogels hadden wij ook de eer om een van de vijf overgebleven herten (familie van de hert en uniek voor Zuid Amerika) in het park van dichtbij te aanschouwen. Alleen de puma heeft zich goed verscholen gehouden. De afsluiter was Lago Grey. Een groot meer met aan de andere kant een gletsjer en alle stukken die daar afbreken drijven langzaam richting een kiezelstrand, waar wij na een tijdje lopen overheen konden lopen. Heel mooi om in het grauwe water vele blauwe brokken ijs te zien drijven ter grote van een huis. Voldaan keerde wij terug richting Puerto Natales vanwaar wij de volgende dag richting Argentinië ons volgende avontuur tegemoet gingen.

maandag 2 maart 2009

Even luxen op Tahiti


Omdat we ons zo thuis voelden in Nieuw Zeeland leek het net alsof we aan een tweede reis begonnen. Weer afscheid nemen en het onbekende intrekken. Het onbekende was in dit geval wel een luxe variant. Niet echt bekend met overdreven luxe was het voor ons toch een groot avontuur. De hostels kosten al een godsvermogen, dus een mooi hotel was zeker meer waar voor je geld. Op internet vinden wij vaak aanbiedingen en ook deze keer was het niet anders. Een aanbieding waarbij een kamer met zeezicht en eigen jacuzzi de goedkoopste variant was. Dat was snel geboekt.
De vlucht was zeer riant en we hadden goed in beeld wanneer we de kunstmatige tijdbarierre doorbraken. We werden in dezelfde tel, 24 uur terug gezet.
Aangekomen merkte wij meteen de franse stemming op. De licht misplaatste arrogantie waar wij allen mee bekend zijn, na eindeloze vakanties in Frankrijk. Waar andere koloniserende landen de afgelopen decennia enigszins trachten hun veroverde gebieden de afgebroken eigenwaarde in ere te laten herstellen hebben de Fransen daar geen enkele boodschap aan. Het is net zo Frans als dat je bij België de grens over komt, maar dan 15.000 km verderop. Als Europeaan hoef je dan ook geen stempel te verwachten, maar kan je wel lekker snel doorlopen. Het meest frappant is nog dat de eigenlijke bewoners, eilanders genoemd in vele talen, de irritante trekjes van de Fransen vlekkeloos hebben weten over te nemen. Door de hele gelederen van het eilandbewonende volk kunnen wij met recht zeggen (zeker na andere gebieden met dezelfde verstrooide afstammelingen te hebben bezocht) dat het overgrote deel niet meedingt naar de troostprijs van meest sympathieke interactie met medestervelingen.
Toch werd ons onoverwinnelijke enthousiasme verder kracht bijgezet toen wij in ons zeer decadente hotel werden ontvangen. Een balzaal als kamer met alle luxe van dien en op het grote balkon een grote tweepersoons jacuzzi voor ons alleen. Als we de luiken open deden zelfs met uitzicht op zee. Je moest wel over het zwembad kijken, maar na lang overleg bleken ze die niet te kunnen verplaatsen. Wij zijn ook de beroerdste niet, dus wij begaven ons gewapend met onze glimlach naar het pikzwarte zandstrand waar de zon zijn best deed zo theatraal mogelijk de zee in te zakken.
Na in Nieuw Zeeland al op maandag de 19e te zijn opgestaan kregen wij de eerst volgende dag een filmisch dejavu-gevoel toen het wederom maandag de 19e was. Een gevoel dat we een kans kregen dezelfde dag deze keer anders aan te pakken. Wij besloten om hier in de jacucci die avond ervoor eens flink over te filosoferen :)
De hoofdstad Papeete, uitgesproken als pa-pe-ie-tie, is ongeveer net zo charmant als een verlaten haven aan de somalische kust. Er werd ons al aan het begin van de reis verteld dat dit slechts dient als doorvoerhaven van toeristen naar de echte parels van de oceaan. Wij hadden een hut gereserveerd op een klein zand strookje enkele honderden kilometers verder op in de oceaan. Op de kaart ongeveer de afstand van Parijs naar Denemarken. Met een propeller vliegtuigje werden wij keurig op het strookje zand afgezet. Er zat tot onze verrassing een transfer bij en gelukkig maar, want anders hadden we zelf de hoek om moeten lopen. Aangekomen in ons resort kwam elke postcard opeens tot leven. Het ziet er dus echt zo uit als op alle ansichtkaarten. Prachtige lagoon aan de ene kant en een woeste oceaan aan de andere kant. Onze hut was zeer groot en van alle gemakken voorzien, maar bescheiden in het midden en dus zonder zeezicht. Het water was ontzettend helder en de vissen waren er in grote getale. Veel vissen kenden wij natuurlijk al van onze eerdere avonturen, maar we konden toch wat nieuwe kennissen opdoen. De stingray was wel de mooiste. Een sierlijke pannenkoek met een dodelijke staart. Het hotel had kano’s en snorkels met flippers ter beschikking en die hebben we dan ook flink gebruikt. Vanaf de kano konden we de zon nog mooier de zee in zien zakken, althans dat vinden wij :)
Rangiroa is de naam van deze zandvorming. Een flinke zandstreep in een zeepbelvormig rondje. Er zitten verschillende openingen in de ring waarmee de lagoon met de zee in verbinding staat. Deze zogeheten passes worden ook wel de snelwegen voor het zeeleven genoemd. Op onze fietsen was het een klein kwartiertje om daar te komen. En toen zagen we ze. Met drie soms vier te gelijk. Springend in de zeer sterke stroming. Tientallen dolfijnen gaven een flinke show weg met een hoge waardering voor de originaliteit. Dezelfde passe staat bekend als een mooie duikplek. Suzanne werd dus weer in kostuum gehezen met helaas allemaal Duitsers. Maar het was zeer de moeite waard, want zeeschildpadden is al mooi genoeg maar dolfijnen zien is natuurlijk wel erg speciaal. Het geluid dat zij onder water maken is erg goed te horen en toen ze langskwamen bleven ze even hangen om zelfs een dansje met iedereen te maken. Onvergetelijk!
Het was erg prijzig avontuur, maar zeer mooi.